In 2007 werd Chichén Itzá gekozen tot een van de Nieuwe 7 Wereld Wonderen en dat is niet voor niets. Chichén Itzá was een van de belangrijkste steden van de Maya’s en staat vooral bekend om de imposante piramide van Kukulcán. Tijdens onze reis door Yucatán bezochten wij Chichén Itzá en pakten op dezelfde dag meteen nog twee cenotes mee.
Vervoer naar Chichén Itzá
Chichén Itzá ligt maar 45 minuten uur rijden van Valladolid en daarom is dit de perfecte uitvalsbasis wanneer een bezoek aan de Maya tempels op jouw lijstje staat. Vanaf Valladolid zijn er verschillende manieren om Chichén Itzá te bereiken, maar de goedkoopste en meest ‘avontuurlijke’ manier is met de collectivo. Dit is simpelweg een openbare minivan die pas vertrekt wanneer het busje vol zit. Het kan dus zijn dat je even moet wachten, maar Chichén Itzá is wel de voornaamste reden waarom mensen in Valladolid verblijven dus grote kans dat je na een paar minuten wachten al vertrekt.
Chichén Itzá
Chichén Itzá is dus één van de Nieuwe 7 Wereld Wonderen en stond daarom ook hoog op mijn to do list. Little confession: ik dacht altijd dat Chichén Itzá de benaming was van de enorme piramide die waarschijnlijk iedereen wel van de plaatjes kent. Pas toen wij onze reis naar Midden-Amerika hadden geboekt en ik mij meer ging inlezen in wat er allemaal te doen en te zien was, kwam ik erachter dat Chichén Itzá veel meer dan alleen de piramide is.
TIP: Het kan behoorlijk warm zijn en er is vrijwel geen schaduw bij Chichén Itzá, dus zorg voor genoeg water en zonnebrand!
Wanneer je Chichén Itzá bezoekt, wordt meteen duidelijk dat de piramide van Kukulcán, ook wel El Castillo genoemd, het belangrijkste middelpunt is. Deze piramide was in de tijd van de Maya’s bedoeld als tempel voor de god Kukulcán. Op de plaatjes vond ik de piramide al indrukwekkend, maar in het echt is de 30 meter hoge piramide nòg indrukwekkender! Wanneer je een rondje om de piramide loopt, zul je duidelijk zien dat een gedeelte van de piramide gerestaureerd is. Het mooie hieraan vind ik dat je ook nog kunt zien hoe de piramide er oorspronkelijk uit zag. Wat deze piramide nog meer bijzonder maakt, is dat de kennis van dagen en seizoenen terug te zien in in veel bouwwerken van de Maya’s. In El Castillo is dit terug te zien aan de vier trappen, die ieder 365 treden tellen: één trede voor iedere dag van het jaar.
Naast El Castillo zijn er nog veel meer bezienswaardigheden te bewonderen, waarvan ik de volgende het meest de moeite waard vond:
Templo de los Guerreros: Dit is de tempel van de krijgers en bestaat uit een piramide van vier platformen die aan twee zijdes omringd wordt door pilaren. Deze pilaren staan bekend als de patio van duizend kolommen. Bovenaan de trap die naar de top van de piramide leidt staat een beeld van een Chac Mool. Volgens de verhalen zijn dit boodschappers van de goden en werden zij gebruikt om offers te ontvangen, die op het vlakke gedeelte van het beeld werden neergelegd.
Juego de Pelota Principaal: Ook wel bekend als The Great Ballcourt is het belangrijkste sportveld van Chichén Itzá, waar een bijzonder (merkwaardig) balspel plaatsvond tijdens speciale gelegenheden. Het doel van het balspel was om de rubberen bal door één van de stenen ringen de krijgen, waarbij je alleen gebruik mocht maken van je knieën, heupen en ellebogen. Het verliezende team (of de aanvoerder hiervan) werd vervolgens onthoofd en geofferd aan de goden.
Tzompantli: Beter bekend als The Wall of Skulls. Archeologen denken dat dit bouwwerk een symbool is voor alle Maya’s die geofferd zijn aan de goden (bijvoorbeeld door de onthoofding na het balspel). De muur wordt volledig bedekt met schedels die uit hout zijn gesneden.
Cenote De Los Sacrificios: Deze heilige cenote werd naast watervoorziening ook gebruikt om offers te maken aan de goden. Deze offers bestonden onder andere weer uit mensen, die vanaf de rand in de cenote werden gegooid en vrijwel meteen verdronken. Om bij de heilige cenote te komen, sla je linksaf bij El Castillo en volg je het pad dat je vanzelf naar de heilige cenote leidt.
Cenote Samulá & X-Kekén
Na een paar uur ronddwalen door het mooie, maar ook erg warme Chichén Itzá hielden we het voor gezien. We waren toe aan afkoeling en laten er nou net twee cenotes op de terugweg naar Valladolid liggen. Opnieuw stapten we in een collectivo, die ons samen met een aantal andere toeristen naar de ingang van de cenotes bracht. Wanneer je een kaartje koopt bij de ingang, heb je toegang tot zowel cenote Samulá als cenote X-Kekén!
Cenote Samulá: Tijdens onze rondreis door Mexico hebben we 3 verschillende cenotes bezocht en deze cenote staat met stipt op 1! Wanneer je via de steile trap meters naar beneden de grot in loopt, word je verrast door het helderblauw water en de lichtstraal die door het gat van boven naar beneden op het water schijnt. Het water is op sommige plekken zo’n 15 meter diep, waardoor veel mensen op plekken blijven waar het minder diep is. Wanneer je goed kunt zwemmen en niet bang bent voor de diepte van het water heb je dus bijna de hele tijd het grootste gedeelte van de cenote voor jezelf, yay!
Cenote X’Keken: Ook voor deze cenote moet je met een trap naar beneden een grot in. Er is hier veel minder natuurlijk licht dat naar binnen schijnt, maar door de gekleurde lampen worden de stalactieten van deze cenote mooi verlicht. Toen wij de cenote bezochten was het een stuk drukker dan bij cenote Samulá, waardoor het minder fijn was om te zwemmen. Toch is het bezoeken van deze cenote ook zeker de moeite waard, want elke cenote is weer een hele andere beleving!
